Nepenthes “lowii x ventricosa” is een vleesetende plant uit de bekerplantfamilie. Deze veelal klimmende planten maken aan de uiteinden van de bladeren hangende kelken welke dienen voor onder andere het vangen van insecten. Deze gekweekte soort kan uitgroeien tot een kleine struik wanneer volwassen. De bladeren zijn ovaalvormig en hebben een frisgroene kleur. Bij deze gecultiveerde variant hebben de kelken een wijnrode kleur, welke verbreden naar de opening toe. De rand van de kelk, ook wel de peristoom genoemd, is relatief breed en heeft een geel met rood patroon vergelijkbaar met een barcode. De rest van de kelk heeft een ietwat lichtere wijnrode kleur. Volwassen kelken kunnen tot een lengte van ongeveer 20 cm uitgroeien. Deze plant is te vermeerderen door jonge planten van de moederplant af te halen aan het begin van het rozet. Ook kan deze soort door middel van zaden opgegroeid worden.

Nepenthes “lowii x ventricosa” is een gekruiste soort en komt niet in de natuur voor. Wilde bekerplanten komen voornamelijk voor in tropische bergbossen van Zuid Oost Azië. Deze cultivar vraagt temperaturen tussen de 18 en 30 graden. De luchtvochtigheid is idealiter boven de 60%. Zorg voor een goede ventilatie. Geef de plant helder indirect licht, directe zon in de ochtend of de avond wordt goed verdragen. Plaats de plant in een grondmengsel wat voor het grootste gedeelte bestaat uit turf of sphagnummos. Gewone potgrond bevat te veel nutriënten en doet de wortels verschroeien. Geef de plant frequent water, voorkom dat deze soort compleet uitdroogt. Deze plant kan tijdelijk goed tegen drassige omstandigheden. Gebruik alleen water zonder mineralen of regenwater. Het is het beste om kraanwater te vermijden. Het bemesten van deze plant is niet noodzakelijk. Wel is het mogelijk om af en toe gevangen insecten in de bekers te doen en daarmee de plant te ‘voeren’.