De Australische bekerplant of Cephalotus follicularis is een plant die bijna duivelsachtige rode bekervormige bladeren vormt. Met deze vangbekers, die er gevaarlijk uitzien met haartjes en een gerilde rand, is het een bijzondere vleesetende plant voor in huis. De vangbekers zijn vallen voor nietsvermoedende insecten; de insecten vallen in de bekers en kunnen hier niet meer uit klimmen. In het laagje vloeistof dat onder in de beker staat verdrinken de beestjes uiteindelijk. De Australische bekerplant (Cephalotus follicularis) maakt hier gretig gebruik van door enzymen los te laten in de vloeistof. Zo haalt hij de voedingsstoffen uit de insecten.

De plantverzorging van de Australische bekerplant (Cephalotus follicularis) is niet erg moeilijk voor deze bijzondere vleesetende plant, die van een vochtige omgeving houdt. In de zomer kan de plant in een schotel met water staan, maar in de winter moet de grond vochtig gehouden worden. Net als de meeste vleesetende planten houdt deze soort van veel zonlicht, maar hij mag ook in halfschaduw gehouden worden. De rode kleur van de bekers komt alleen naar voren bij een hoge lichtintensiteit. Overdag mag de temperatuur oplopen tot zo'n 25 graden Celsius, maar 's nachts moet het wat koeler zijn. In de winterperiode, als de Australische bekerplant (Cephalotus follicularis) in rust is, moet hij op een lichte, maar koele plaats staan. Ideale temperaturen in de winter zijn tussen de 5 en 15 graden. Een mengsel van turf en perliet, of mengsels met chili sfagnum, voldoen goed voor de kweek. Voor deze bijzondere plant heeft Araflora ook geschikte kant-en-klare of mix-substraten te koop.