Vleesetende planten |
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Product info
Utricularia mannii is vooral wijdverspreid in Kameroen en Nigeria, waar hij in vochtige bossen leeft op een hoogte tussen de 500 en 2100m. De opvallend lange gele bloemen groeien meestal in tweetal op een lange dunne bloemstengel die boven het mosachtige bladerdek uitsteekt. De haast doorzichtige bladeren van Utricularia mannii zijn er taugé-achtig uit. Aan de zijkant van de bladschijf zitten kleine kartels. Deze vleesetende soort vangt zijn minuscule prooi door middel van bekervormige vallen. De bloemen zijn smal en lang, met een gele kleur en een rode stip in het midden. Eén plant kan wel tien bloemen tegelijk dragen. Utricularia mannii is een meerjarige soort.
Plant verzorging
Utricularia mannii is wat uitdagender om te verzorgen dan andere soorten blaasjeskruid. Als u zich echter aan een paar regels houdt, dan groeit ook deze vleeseter uit tot een succes. Een hoge luchtvochtigheid is belangrijk. Deze kunt u op peil houden in een terrarium of door middel van een plastic stolp over de plant. Pas wel op dat de plant niet te vochtig wordt. Utricularia mannii heeft veel licht nodig, dus zet hem bij voorkeur op een open plaats. Zorg voor een temperatuur van 24⁰C tot 25⁰C overdag en ongeveer 16⁰C in de nacht. Een mengsel van veenmos en perliet of puimsteen maakt een goede ondergrond. De ondergrond moet licht vochtig gehouden worden met bij voorkeur regen- of gedestilleerd water. Utricularia mannii heeft geen prooi nodig om te overleven, dus geen last van rondkruipende insecten!
Print info |